door Charissa Leiwakabessy, Laure Michon, Sara Rubingh, Jeroen Slot, Floris Vermeulen 0 Reacties
Ondanks een toename van Amsterdamse gemeenteraadsleden met een migratieachtergrond hebben Amsterdammers met een migratieachtergrond veel vaker het gevoel dat politici niet adequaat opkomen voor hun specifieke belangen in vergelijking met Amsterdammers zonder migratieachtergrond. Marokkaanse Amsterdammers (84%) gevolgd door Surinaamse Amsterdammers (81%) hebben in een exitpoll op de dag van de gemeenteraadsverkiezingen afgelopen maart het vaakst aangegeven dat er te weinig wordt opgekomen voor de belangen van mensen met een migratieachtergrond in de gemeenteraad. Amsterdammers zonder migratieachtergrond hebben dit juist het minst vaak aangegeven (53%). Deze groep geeft het vaakst aan dat er voldoende wordt opgekomen (34%), maar ook te vaak (13%) voor de belangen van mensen met een migratieachtergrond.
Figuur 1 Antwoord op stelling ‘Vindt u dat er voldoende wordt opgekomen voor de belangen van mensen met een migratieachtergrond in de Gemeenteraad?’, naar herkomstgroep, 2022
Sterke verschillen in partijkeuze
De Amsterdamse lokale politiek is in de afgelopen 10 jaar, net zoals op het nationale niveau, sterk gefragmenteerd. Het aantal raadsfracties is tussen 2006 en 2022 verdubbeld terwijl het aantal kandidatenlijsten stabiel is. Daarin klinkt ook de stem van Amsterdammers met een migratieachtergrond door, die een belangrijk deel van het Amsterdamse electoraat vormen. Zij kiezen in 2018 en 2022 veel vaker voor partijen, zoals DENK en Bij1, die explicieter opkomen voor hun belangen. DENK ontving 50% van de stemmen onder Marokkaanse Amsterdammers (vergelijkbaar met 2018) en 59% van de stemmen onder Turkse Amsterdammers (lager dan in 2018). 35% van de Surinaamse Amsterdammers heeft op BIJ1 gestemd (hoger dan in 2018).
Daarbij zien we ook verschillen tussen jongere en oudere Amsterdammers. Jongeren met een Marokkaanse, Turkse of Surinaamse achtergrond tot en met 29 jaar hebben vaker gestemd op BIJ1 dan 30-plussers. Van de 30-plussers hebben de Turkse Amsterdammers juist vaker gestemd op de PvdA en DENK. Onder Amsterdammers zonder migratieachtergrond genoten GroenLinks en BIJ1 meer steun van jongeren dan van personen van 30 jaar of ouder. De PvdA en de SP hadden daarentegen relatief meer steun van 30-plussers.
Figuur 2 Partijkeuze naar leeftijd, naar herkomst, en uitslag gemeenteraadsverkiezingen 2022
Behalve voor een partij, maken kiezers een keuze voor een bepaalde kandidaat. De afweging die zij daarbij maken verschilt per groep en verandert over tijd. Surinaamse, Turkse en Marokkaanse Amsterdammers geven significant vaker aan te hebben gestemd op een kandidaat die volgens hen goed kan opkomen voor zijn/haar belangen. Dat hoeft niet per se een kandidaat te zijn met dezelfde migratieachtergrond. Er is slechts een kleine groep Surinaamse, Turkse en Marokkaanse Amsterdammers die zegt gestemd te hebben op een kandidaat vanwege dezelfde herkomst. De mate waarin dit gebeurt verschilt: vooral Amsterdammers zonder migratieachtergrond stemmen op een kandidaat zonder migratieachtergrond (88%). Overigens wordt dit grotendeels verklaard door het feit dat de meeste lijsttrekkers en eerste vrouwen op de lijsten geen migratieachtergrond hadden. Verder doen Turkse Amsterdammers dit vaker (52%) dan Surinaamse Amsterdammers (22%), en dit neemt onder alle groepen met een migratieachtergrond af vergeleken met 2018.
Deze verschillen in partij- en kandidaatskeuze krijgen een vertaling in de samenstelling van de raad. Het aandeel gemeenteraadsleden met een migratieachtergrond is in 2010 gedaald tot het niveau van 1994. Met de komst van partijen die zich richten op diversiteit (DENK en BIJ1) lijkt er in 2018 iets veranderd te zijn: het aandeel nieuwe Amsterdamse raadsleden met een migratieachtergrond is na de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 hoger dan ooit (Kranendonk et al. 2018). Vooral DENK had een duidelijk mobiliserend effect op kiezers met een Turkse migratieachtergrond. In 2022 zien we dat niet meer terug. De hogere opkomst onder Turkse Amsterdammers in 2018 lijkt een tijdelijk karakter te hebben gehad. Andere groepen worden qua opkomst niet beïnvloed door de komst van nieuwe partijen en/of nieuwe politici.
Ongelijkheid in opkomst
Over het algemeen geldt dat Amsterdammers met een migratieachtergrond minder zijn gaan stemmen dan Amsterdammers zonder migratieachtergrond bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2022. Dat was bij vorige verkiezingen ook al zo en geldt wederom vooral voor Surinaamse Amsterdammers. Zo wordt de opkomst onder Surinaamse Amsterdammers bij de gemeenteraadsverkiezingen sinds de begin jaren ’90 gestaag geschat op ongeveer 25%, waar de algemene opkomst in Amsterdam schommelt rond de 50%. Het aandeel Marokkaanse Amsterdammers dat gaat stemmen is vergelijkbaar. Turkse Amsterdammers zijn iets vaker gaan stemmen de afgelopen jaren.
Uit eerder onderzoek weten we dat lage opkomst onder mensen met een migratieachtergrond onder andere te maken heeft met een gebrek aan ervaren politieke vertegenwoordiging, met ervaren discriminatie, laag politiek vertrouwen en een relatief lager opleidingsniveau en/of sociaaleconomische positie. Tegelijk blijkt dat er ook omstandigheden zijn waarin de opkomst in sommige groepen afwijkt van deze algemene trend. Groepen met een sterk gemeenschapsgevoel en een goede organisatiestructuur kunnen gemobiliseerd worden. Ook kan politieke vertegenwoordiging leiden tot een hogere opkomst bij een groep kiezers die zich herkent in politici met een gedeelde achtergrond. Dat staat onder druk, zoals de bovengenoemde resultaten laten zien.
De ongelijkheid in opkomst en partijkeuze krijgt bovendien een ruimtelijke vertaling: de laagste opkomstpercentages vinden we nog steeds, en met steeds lagere opkomsten, in buurten in de stadsdelen Noord, Nieuw-West en Zuidoost. De participatieve ongelijkheid in de stad (verschil in opkomstpercentage in buurten binnen en buiten de ring) is hierdoor verder toegenomen en heeft in Amsterdam, net als in andere grote Nederlandse gemeentes, een steeds structurele vorm aangenomen.
De resultaten van bovenstaand bericht zijn afkomstig uit een onderzoek van de afdeling Politicologie van de Universiteit van Amsterdam en Onderzoek & Statistiek van de gemeente Amsterdam. Sinds 1994 wordt in samenwerking het stemgedrag van Amsterdammers met een migratieachtergrond in kaart gebracht doormiddel van een exitpoll op de verkiezingsdag. Hieronder de opvallende resultaten voor de drie grootste groepen met een migratieachtergrond, die samen ongeveer een vijfde van de Amsterdamse bevolking uitmaken: Turkse, Marokkaanse en Surinaamse Amsterdammers.
Afbeelding: Sfeerbeeld Europese verkiezingen, door Roos Trommelen.